Vist BBAT

Maandblad voor de aquarium-, terrarium- en vijverliefhebber
Visit BBAT
(Ga terug met de knop "Vorige")
Publicatie
Jaargang 51/04:109
Onderwerp Roodwangschilpadden (3)
Men vraagt ons wat ...
In deze "Men vraagt" en vervolgend op vorige maand, beantwoorden we de laatste vragen van de Heer M.S. uit Mol over roodwangschildpadden (Trachemys scripta elegans). Deze handelen voornamelijk over voortplantingsperikelen:
Vraag 1: een vrouwtje dat telkens 1 of 2 eieren legt is dat normaal? Kan een vrouwtje eieren leggen zonder dat er een paring heeft plaats gehad? M.a.w. zijn alle eieren steeds bevrucht? Is een vrouwtje van ± 25 cm nog vruchtbaar?
Vraag 2: een schildpadddenei dat gedurende 2 maanden normaal is geweest en plots "invalt", hoe komt dat? De inhoud van het ei lijkt op een gewoon hardgekookt ei (zonder geel), precies gestold slijm. Kan het zijn dat het ei niet bevrucht was?
Vraag 3: een schildpaddenei, mag dat blootgesteld worden aan licht en lucht? Mag het volledig onder de grond liggen en hoe diep? Krijgt het onder de grond genoeg zuurstof om te overleven en mag het nat worden?
Vraag 4: kan een waterschildpad alleen in het water eten of kan ze ook buiten het water iets aannemen en dit inslikken?
Schildpadden leggen zelden zulke kleine aantallen eieren. Meestal zijn het er een zestal. Het is best mogelijk dat er eieren worden gelegd zonder dat er een paring aan vooraf gaat. Bij de meeste reptielen die in palearktische en nearktische gebieden vertoeven wordt de follikelvor­ming in de eileiders sterk beïnvloed door het verlengen van het daglicht. Dezelfde impuls brengt bij de mannetjes overigens de spermatogenese op gang. Dat heeft dus indirect iets te maken met de paarvorming. Wijfjes die onder een TL-buis en tijdklok regime staan hebben hier logischerwijze minder "last" van. Wanneer uw schildpaddenbak echter in een veranda staat of op een andere manier de cyclische invloed van de seizoenen kan ervaren dan treedt bovengenoemd mechanisme in werking.

Tekening 1: zo kunt U voelen of roodwang­schildpadden "eieren op hebben" (naar Rudloff, 1990


Foto 1: een schildpadeierenlegsel, klaar voor de incubator. Ingebed in vochtige hygrokorrel (Leca), met de gemerkte bovenkanten netjes naar boven. (Foto: Peter de Batist)

Wordt het wijfje op een of andere manier toch niet bevrucht (doordat het mannetje voortijdig wegvalt b.v.) dan worden er onbevruchte eieren gelegd. Die zullen dan inderdaad na enige tijd invallen, terwijl bevruchte eieren veeleer wat zullen groeien. Anderzijds kan het gebeuren dat tijdens de paring het sperma niet alle groeiende eieren bereikt zodat er enkele onbevrucht uitgedreven worden. Mocht U vaststellen dat uw wijfjesschildpadden "eieren op hebben" (tekening 1), zorg dan voor afleggelegenheid en wanneer ze niet worden gelegd bezoekt U best een dierenarts die dan een ei-afdrijvend middel inspuit. Laat U uw dieren in winterslaap of in winterrust gaan dan moeten de eieren hiervóór uitgedreven zijn. In Diergaarde Blijdorp (Rotterdam) doen ze dat systematisch in de herfst en daardoor worden heel wat problemen vermeden.
Alle schildpadden begraven hun eieren. Dat wil zeggen dat hun gasuitwisselingssysteem ook op een dergelijke behandeling afgesteld is. Bij gekko's die hun eitjes per twee tussen bananenbladeren leggen is het gasuitwisselingsysteem op dit microbiotoop ingesteld. Om de eieren af te leggen graaft een roodwang hiertoe een kuiltje van ca. 10 cm diep. Het legsel is derhalve met minimaal 5 cm aarde bedekt. Nat worden is meestal ook geen probleem. Te droog worden wel. Daarom moet in de broedinstallatie, die we meestal zelf maken, de vochtigheid steeds zeer hoog zijn. In ieder geval hoger dan 70%. Het overbrengen van eieren uit de aflegplaats naar de incubator moet derhalve zorgvuldig geschieden. Bovendien moeten ze met een watervaste viltstift gemerkt worden (foto 1). Na het leggen zet zich een gasbelletje vast, binnenin en aan de bovenzijde. Eieren die ondersteboven in de incubator gelegd worden komen nagenoeg nooit probleemloos uit.
Uw laatste vraag vergt een gevarieerd antwoord. Iemand die zijn roodwangen in een schildpaddenbak houdt, zal opmerken dat voedsel, dat op het landdeel wordt aangeboden, wordt beetgepakt en in het water naar binnengeslokt. Dat gaat blijkbaar het gemakkelijkst omdat de schildpad op dat ogenblik haar wangen "opblaast" en zo een soort vacuüm realiseert en met die zuigkracht vrij grote brokken naar binnen kan werken. Het zijn dus letterlijk en figuurlijk "slokoppen". Bij het waarnemen van dergelijke leefpatronen kan men zich nog maar moeilijk voorstellen dat het anders zou kunnen. Toch ken ik minstens 2 gevallen waar telkens roodwangschildpadden in een tuin zonder vijver gehouden worden. Eén geval uit domheid (een handelaar was erin geslaagd iemand zo een dier als Griekse landschildpad te verkopen) en het andere eerder per toeval. In beide gevallen echter groeiden ze elk jaar een flink stuk bij...