Aponogeton madagascariensis
(Mirbel) Van Bruggen, 1902

foto Aponpgeton madagascariensis
Foto: Arend van den Nieuwenhuizen

IDENTITEIT: orde: Alismatales; familie: Aponogetonaceae.
EERSTBESCHRIJVING: in 1902, door Mirbel, als Ouviranda fenestralis, in "Hist. Gén. Pl.", Pl. 7.
SYNONIEM: A. fenestralis, A. fenestralis v. guillotii, A. guillotii, Hydrogeton fenestralis, Ouviranda madagascariensis.
NEDERLANDSE NAAM: gaasplant; madagascargaasplant.
MAXIMALE GROOTTE: stelen tot 20 cm; bladeren tot 25 cm.
HOUDBAARHEID: moeilijk. Vraagt zeer zuiver water. Dit bekomen we o.a. door een zeer regelmatige waterverversing ('s zomers om de week, tot max. om de 14 dagen; 's winters om de maand) of een sterke watercirculatie. Verder filtering over turf. Houdt het niet lang vol in een druk bevolkt aquarium. Elke vorm van algengroei dient vermeden. 's Winters de temperatuur tussen de 14 en 19 °C houden.
PLANTENRIJK
R g I 01
       
Milieu Aquarium Vermeerdering
Zuurtegraad pH   6 - 6,8 Zijscheuten

en zaden

Totale hardheid °DH   8
Temperatuur °C   17 - 22
Geleidbaarheid µS    
VERSPREIDING: Centraal-Madascacar.
Kaart voorkomen
BIOTOOP: stilstaand of stromend water; zowel in volle zon als in diepe schaduw. Tot één meter diepte.
GEDRAG: prachtige solitair tussen een cryptoveld. Heeft een rustperiode nodig ('s winters: november tot en met februari). Iets waar de plantenspecialist, naast veel zorgen, ook veel genoegen kan aan beleven.
BODEM: dikke bodem, geen additieven: gewoon gewassen zand.
BELICHTING: geen sterke verlichting (om algengroei te voorkomen). Rechtstreeks zonlicht vermijden. van boven invallend gedempt licht (dak van drijfplanten).
VERMEERDERING: temperatuur kortstondig laten stijgen als een bloeistengel verschijnt. Zelfbestuiving (penseel). Lucht boven het aquarium warm en vochtig houden. Zaadjes eerst bewaren in fris water ± 15 °C, daarna uitzetten in een platte schaal bij een waterstand van één cm. Waterhoogte aanpassen naarmate de groei. Ook voor de kiemplanten rechtstreeks zonlicht vermijden.
BIJZONDERHEDEN: meerdere streekvariëteiten (vooral m.b.t. de bladbreedte). De smalbladerige soorten zijn iets beter bestand tegen de gewone aquariumomstandigheden.
 

 

Foto: R. Wouters

Bloemstengel ca. 50 cm lang met 2, 4 of 6 aren.
Rondom bloemdekschubben van ca. 3 mm lang.
3 à 6 vruchtbeginsels

Bewerkt door:
L. Coppens, maart 1986
Laatst bijgewerkt op: 06-07-2010
   naar Aquariumwereld Delen - Mailen - Bewaren
AANGEBODEN DOOR
AQUARIUMWERELD
UW MAANDBLAD VOOR AQUARIUM- EN TERRARIUMKUNDE