(Aublett, 1775)
Foto: René Wouters
Foto: René Wouters
| IDENTITEIT: familie: Cabombaceae. | ||||||||||||||||||||||||||
| EERSTBESCHRIJVING: | ||||||||||||||||||||||||||
| SYNONIEM: Nectris aquatica; Villarsia aquatica; Cabomba schwartzii | ||||||||||||||||||||||||||
| NEDERLANDSE NAAM: Cabomba; groene Cabomba | ||||||||||||||||||||||||||
| MAXIMALE GROOTTE: tot 150 cm in de natuur. Wordt de plant (eens hij het wateroppervlak bereikt) niet getopt, dan zal hij drijfbladeren gaan vormen. De soorten zijn dikwijls beter aan deze drijfbladeren van elkaar te onderscheiden dan aan hun onderwatervorm (b.v. bij C. aquatica rondvormig, bij C. australis langwerpig). | ||||||||||||||||||||||||||
| HOUDBAARHEID: vooral als achtergrondbeplanting kennen we als aquariumliefhebbers deze zeer mooie plantensoort die aan de bodem eigenlijk weinig eisen stelt. Wat grof zand (eventueel "aangespoten" met wat klei-of leemextract) volstaat. Wel vraagt deze plant veel licht. Zo alleen ontstaan de mooie, grote, volle bladkransen. Algen en zweefvuil belemmeren evenwel de assimilatie via de fijneverdeelde eindsegmenten, wat dus een goede filtering vereist. De té hoge temperatuur, die voor de vissen goed is, is niet altijd goed voor deze planten (en omgekeerd). Cabomba voelt zich immers het best tussen 18 en 24°C. In de winter de temperatuur iets (± 2°C) verlagen stelt Cabomba eveneens op prijs. De hardheid niet boven de 6°DH laten uitstijgen. | ||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||
| VERSPREIDING: Noord-, Midden- en Zuid-Amerika. | ||||||||||||||||||||||||||
 |
 | |||||||||||||||||||||||||
| BIOTOOP: | ||||||||||||||||||||||||||
| VERMEERDERING: door het toppen van de planten en deze plantkoppen terug aan te planten. Het overgebleven gedeelte zal veelal ook terug uitlopen aan de internodiën, juist onder waar hij getopt werd. Snijd de toppen met een scherp mes en een mooie rechte snede af. Plant de stengels één voor één terug in (nooit in groep want één rottende stengel kan de andere aansteken). | ||||||||||||||||||||||||||
| BIJZONDERHEDEN: Vermoedelijk is "Cabomba" een inheemse Guyanese naam en "aquatica" betekent: in het water levend. Cabomba is dan ook een echte waterplant. Ter herkenning de kenmerkende specificaties: bladomtrek: 3 à 4 cm rond tot niervormig en tot 7 cm breed; bladbasis: 5-delig; bladsteel: 1 à 4 cm; bladsegmenten: 2- tot 3-voudig vertakt en in vele smalle eindsegmenten uitlopend; segmentbreedte: 0,1 à 0,4 mm; segmenttoppen: 80 à 150; kleur: lichtgroen (drijfbladeren aan de onderzijde wijnrood); stengel: rond, dikte 4mm; bloemen: geel, 5 à 12 mm groot met 2 of 3 kelk- en kroonbladeren, 3 tot 6 meeldraden, tot 3 stampers, kroonbladeren met oranjegele vlekken en geoord. |
