(Cocco, 1833)
![[Foto van Parablennius rouxi]](../parablennius_rouxi/parablennius_rouxi-gr.jpg)
Foto: Harry Voet
Foto: Harry Voet
| IDENTITEIT: orde: Perciformes; familie: Blenniidae. | |||||||||||||||||||||||||
| EERSTBESCHRIJVING: in 1833 door A. Cocco als Blennius rouxi in "Giom. Sci. lett. et. Arti Sicilia", 42:11. | |||||||||||||||||||||||||
| SYNONIEM: | |||||||||||||||||||||||||
| NEDERLANDSE NAAM: Roux-slijmvis; zwartbandslijmvis. | |||||||||||||||||||||||||
| MAXIMALE GROOTTE: 7 cm. | |||||||||||||||||||||||||
| GESLACHTSONDERSCHEID: soms zit er een zwarte vlek tussen de eerste twee rugvinstralen, soms niet. Geslachtsonderscheid? Signaalkleur? | |||||||||||||||||||||||||
| Territoriumvormend: ruimte voorzien. | HOUDBAARHEID: goed houdbaar, mits men de temperatuur niet te hoog laat oplopen. Best slechts 1 exemplaar houden indien het aquarium klein is, daar ze een vrij groot territorium verdedigen. Het aquarium kan men inrichten met stenen, wasanemonen (Anemonia sulcata), paardeanemonen (Actinia equina), steurkrabben en heremietkreeften. | ||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||
| VERSPREIDING: Middellandse Zee. | |||||||||||||||||||||||||
![[Wereldkaart]](../parablennius_rouxi/parablennius_rouxi-k1.jpg) |
 |
||||||||||||||||||||||||
| Rotsbodems. Niet tussen dichte algengroei. |
BIOTOOP: vanaf zowat 1 m tot 10 m diepte. Enkels op rotsbodems, welke kaal of begroeid kunnen zijn met gele en bruine sponzen, doch niet tussen dichte algengroei. | ||||||||||||||||||||||||
|
Iets minder substraatgebonden dan de meeste slijmvissen. Vrij agressief. |
GEDRAG: zwemt, meer dan bij andere slijmvissoorten gebruikelijk is, al eens een eindje in open water, vnl. bewegen ze zich echter langs het substraat. Agressief tegen soortgenoten en andere slijmvissoorten. Niet al te grote lipvisjes kunnen er ook onder te lijden hebben, o.a. jonge Crenilabrus ocellatus. Typische "holbewoners", zoals sommige slijmvissen, zijn het niet, doch bij gevaar en ´s avonds zoeken ze een beschut slaapplaatsje op. | ||||||||||||||||||||||||
| Dierlijk voedsel. | VOEDSEL: in de natuur: allerlei kleine
prooidiertjes. In het aquarium wordt het hele assortiment aan dierlijk voedsel aanvaard. Graag eten ze mosselvlees en Mysis. |
||||||||||||||||||||||||
| Mogelijk. Mannetje verzorgt de eitjes. |
KWEEK: slijmvissoorten behoren tot de mogelijk te kweken zeevissen, er werden reeds resultaten geboekt met andere soorten. Eieren meestal afgezet in een holte of op een beschutte plaats en bewaakt door het mannetje. Opfokvoer dient erg klein te zijn, wat problemen oplevert. | ||||||||||||||||||||||||
| BIJZONDERHEDEN: |
