Carinotetraodon lorteti
(Tirant, 1885)

Carinotetraodon lorteti
Foto: Arend van den Nieuwenhuizen

IDENTITEIT: orde: Tetraodontiformes; familie: Tetraodontidae.
EERSTBESCHRIJVING: In 1885, door G. Tirant, als Tetraodon lorteti, in Nat. Pois. Basse-Coohinchine at Cambodje, Exc. Recon. 10:1 75.
SYNONIEM: C. chlupatyi, C. somphongsi
NEDERLANDSE NAAM:Kamkogelvis
MAXIMALE GROOTTE: Mannetjes tot 8 cm, vrouwtjes 6 cm
GESLACHTSONDERSCHEID: Afgezien van de grootte, zijn de rugvin en de staanvin van de mannetjes kleurrijker: een blauwe kleur treedt op. De buikzijde van de mannetjes is roodachtig, bij de vrouwties grauw met donkere vlekken of strepen. Rugvin en aarsvin van de vrouwtjes blijven kleurloos. Zij behouden meer de jeugdtekening.
HOUDBAARHEID: Mogen gehouden worden (hoewel we dit niet aanraden) in gezelschap van uitgesproken bodemvissen, oppervlaktebewoners en zeer wendbare soorten. Passen niet bij Zuidamerikaanse karperzalmen, noch bij eerder trage soorten, zoals dwergcichliden. Opstaande elementen gebruiken als territoriumafbakening. Een speciaal aquarium is wenselijk. Dieren welke niet gewennen aan het hun geboden milieu, kunnen een tijd lang een zeewaterkuur volgen (geleidelijk 10% zeewater bijvoegen).
DIERENRIJK
Z h XXXVIII 06
       
Milieu Aquarium Kweek
Zuurtegraad pH +/-7 6,5
Totale hardheid °DH 5 - 10 5
Temperatuur °C 23 - 25 25 - 27
Geleidbaarheid µS
VERSPREIDING: Z. O. Azië : Thailand en Borneo: de delta van de Menam in Thailand, o.a. in een van de bijrivieren van de Tachin of Nakon Chaisi. Ook Borneo wordt als vindgebied vernoemd.
Kaart voorkomen
BIOTOOP: Ze komen voor, van dicht tegen de monding van de stroom tot 60-70 km landinwaarts, hoofdzakelijk dus in zoet water, maar ook tegen brak water moet de vis wel bestand zijn.
GEDRAG: Ze vormen een territorium en kunnen met hun scherpe tanden onverwachte en zeer pijnlijke uitvallen doen. In voldoend grote aquaria kunnen meerdere koppels samen gehouden worden. Ze zijn nogal vrij agressief t.o.v. elkaar en andere kogelvissen. Ze blijven niet verankerd in hun territorium, maar gaan geregeld op stap bij de buren, waarbij imponeerhoudingen en bitsige uitvallen schering en inslag zijn. De verliezers nemen geen minderwaardigheidstekening aan. Ze durven wel eens aan stengels van planten snoepen. Kleur en tekening kunnen sterk variëren, naargelang de omstandigheden en de ouderdom.
VOEDSEL: Ze lusten bijzonder graag slakken, welke ze zeer behendig uit hun huisje slurpen, maar nemen ook ander levend voedsel.
KWEEK: Nog niet nagekweekt, hoewel het reeds enkele malen tot eiafzetting in het aquarium kwam. In de natuur kweken ze zeer waarschijnlijk tijdens de regenperiode: dus zacht en licht zuur water voorzien. Actieve filtering over houtskool. Javavaren als beplanting. De eitjes kippen na 30 uren. De larven teren eerst op hun dooierzakje. De soort is tamelijk produktief.
BIJZONDERHEDEN:
Bewerkt door:
Luc Coppens, september 1992
Laatst bijgewerkt op: 05-06-2017
   naar Aquariumwereld Delen - Mailen - Bewaren
AANGEBODEN DOOR
AQUARIUMWERELD
UW MAANDBLAD VOOR AQUARIUM- EN TERRARIUMKUNDE