Neolamprologus buescheri
(Staeck, 1962)

Neolamprologus buescheri
Foto: Robert Van Mossevelde

IDENTITEIT: orde: Perciformes; familie: Cichlidae.
EERSTBESCHRIJVING: in 1962 door W. Staeck als Lamprologus buescheri in Senekenb. Biol. 63 (5/6):325.
SYNONIEM:
NEDERLANDSE NAAM:
MAXIMALE GROOTTE: 7 à 9 cm.
GESLACHTSONDERSCHEID: niet gemakkelijk. Bij volwassen dieren zijn de vrouwtjes iets groter.
HOUDBAARHEID: het is aan te raden hen een aquarium te geven met een grote lengte, de hoogte van het aquarium komt op de tweede rang. Het aquarium wordt best opgebouwd met veel stenen, met smalle hoge spleten en gaten. Best per paar houden, gezien ze tegenover elkaar nogal agressief kunnen zijn.
DIERENRIJK
Z h XXXIV 68
       
Milieu Aquarium Kweek
Zuurtegraad pH 7,5 - 8 7,5 - 8 7,5 - 8
Totale hardheid °DH 10 - 15 10 - 15 10 - 15
Temperatuur °C 24 - 26 24 - 27 25 - 27
Geleidbaarheid µS
VERSPREIDING: Afrika: Tanganyikameer.
Kaart voorkomen
BIOTOOP: deze langgerekte cichlide komt endemisch voor in het zuid-westelijke deel van het Tanganyikameer, tussen stenen en op diepten van 5 tot 20 m. Vindplaatsen zijn bekend in de omgeving van Kachese in Zambia en ook in Zongwe Kongo.
GEDRAG: ze kunnen goed samengehouden worden met andere, niet te groot wordende soorten. De dieren zoeken zelden de open zwemruimten op, steeds zijn ze te vinden in de nabijheid van de bodem. Bij het minste gevaar duiken ze tussen de stenen. Mannetjes zijn zeer agressief tegenover elkaar.
VOEDSEL: alle soorten levend voedsel en diepvriesvoer. Ook wat plantaardig voedsel is aan te bevelen.
KWEEK: de kweek van deze paarsgewijs levende holenbroeder gebeurt in een aquarium dat voor een harmonisch paartje speciaal ingericht wordt met een fijne lichte bodem en vele schuilplaatsen. Ook in een biotoopaquarium voor Tanganyika-cichliden heeft men veel kans op een geslaagde kweek. Dit wil zeggen dat we gebruik moeten maken van veel rechtopstaande stenen (leistenen zijn zeer goed geschikt) met smalle spleten waartussen ze hun eitjes kunnen afzetten. Jonge vissen van een vorig nest worden, als ze nog niet te groot zijn, met rust gelaten.
BIJZONDERHEDEN: voor het eerst geïmporteerd in 1982 is er nog maar weinig bekend over deze slanke cichlide uit het Tanganyikameer.
Bewerkt door:
Robert Van Mossevelde, januari 2004
Laatst bijgewerkt op: 06-05-2014
   naar Aquariumwereld Delen - Mailen - Bewaren
AANGEBODEN DOOR
AQUARIUMWERELD
UW MAANDBLAD VOOR AQUARIUM- EN TERRARIUMKUNDE